Leestijd: 15 minuten

Dit verhaal gaat over Nini Geerling, geboren aan het begin van de 20e eeuw. Een meisje van goede huize, zoals men dat destijds noemde. Het verhaal is ontstaan door de aankoop van een aantal zwemdocumenten van zo’n 100 jaar oud, afkomstig uit haar nalatenschap. Met dit verhaal probeer ik te schetsen hoe haar leven en dat van haar directe familieleden er in de 1e helft van de 20e eeuw uitzag en daarnaast hoe speciaal het was als je 100 jaar geleden zwemles volgde en aan zwemsport deed. En dat alles met een echt Haags randje…

  • Nini (rechts) met haar zus Rie
  • Nini met ouders en zus Rie op het strand, zomer 1913
  • Nini rond 1920 (alle foto’s uit collectie Marina Korsman (MK))

Ouders, gezin en verhuizingen

Op 7 mei 1892 trouwt de 23 jaar oude Hagenaar Karel Geerling met de uit Dubbeldam afkomstige onderwijzeres Clasien van Balkom. Ingenieur Karel die met zijn carrière is begonnen als klerk bij de Haagsche Gasfabriek, werkt op dat moment al bij de gasfabriek in Groningen. Hier krijgen ze op 4 juni 1893 hun 1e dochter, Kitty. In 1895 verhuist het gezin van Groningen naar Almelo, waar Karel de functie van directeur van de gasfabriek heeft aanvaard. Hier wordt op 30 januari 1897 hun 2e dochter Rie geboren.

  • Karel Geerling
  • Clasien Geerling-van Balkom
  • Ingenieurs- of directiewoning Oostergasfabriek, Linnaeusstraat 125 (alle foto’s uit collectie MK)
Visitekaartje Wilhelm Karel Nicolaas Geerling (collectie MK)

In juli 1898 verwisselt het gezin Almelo voor Amsterdam, waar Karel gaat werken als assistent-ingenieur bij de Oostergasfabriek (pdf). Enkele jaren later, op 1 januari 1903, wordt het gezin uitgebreid met een 3e dochter, Nini. In 1906 neemt vader Karel de leiding van de Oostergasfabriek over, waarna het gezin verhuist naar de ingenieurswoning op het fabrieksterrein. Na sluiting van de gasfabriek zal op hetzelfde terrein in 1929 het 1e Sportfondsenbad van Nederland verrijzen, Sportfondsenbad-Oost.

Op zwemles in het Heiligewegbad

Over Nini’s jeugd in Amsterdam is niet veel bekend. Wel volgt zij zwemles in het Heiligewegbad. Dit zwembad was het 1e overdekte zwembad van Amsterdam en opende op 10 juli 1896. Hoewel andere grote steden al eerder binnenbaden hadden geopend, was dit destijds de grootste bad- en zweminrichting van Europa, gevestigd op een dure toplocatie in het hartje van de stad. De centrale ligging was essentieel voor de goede bereikbaarheid. Hierdoor waren de exploitatiekosten hoog, mede door de stookkosten van water en gebouw. Een toegangskaartje was duur, maar dit weerhield de welgestelde bezoekers er niet van in de beginjaren in steeds grotere getale te komen zwemmen of baden.

In die jaren is zwemles helemaal nog niet zo gebruikelijk en alleen bereikbaar voor wie het kan betalen. De 1e proeven met schoolzwemmen in Amsterdam zijn pas in 1921 en pas eind jaren ’20 komt het zwemonderwijs echt op stoom. Er komen dan 2 nieuwe overdekte zwembaden beschikbaar, het AMVJ-bad en het eerder genoemde Sportfondsenbad-Oost. Op 4 januari 1916 behaalt Nini in het Heiligewegbad haar zwemdiploma voor Geoefend zwemster.

Overlijden vader en verhuizing naar Den Haag

Op 5 november 1916 overlijdt de vader van Nini na een heftig ziekbed aan maagkanker. Hij wordt slechts 47 jaar. Op 9 november wordt hij onder grote belangstelling begraven in Den Haag op de bekende begraafplaats Oud Eik en Duinen. Dat de vele activiteiten van vader Geerling zeer werden gewaardeerd, is terug te vinden in een uitgebreide necrologie in het decembernummer van 1916 van Het Gas; orgaan van de Vereniging van Gasfabrikanten in Nederland. Karel was zo’n 20 jaar redacteur van dit tijdschrift en vanaf 1911 was hij ook bestuurslid van de vereniging.

  • Overlijdensbericht Karel Geerling (collectie MK)
  • Groep kinderen in de Haagse Sonoystraat, ter hoogte van nummer 63 en lager (links). Links met witte jurk Nini (Collectie Haags Gemeentearchief)

Kort na het overlijden verhuizen Nini, haar moeder en zus Rie naar de Sonoystraat 67 in het Haagse Statenkwartier. Vervolgens verhuist ze in 1924 naar Irisplein 24. De eerste jaren na haar aankomst zwemt ze in zwembad De Mauritskade, het oudste overdekte zwembad van Nederland. Op dat moment is zwemmen nog altijd een vrij kostbare aangelegenheid, maar Nini kan zich een jaar-zwemabonnement van ƒ 15,- (huidige waarde zo’n € 130,-) veroorloven.

Oudste zus en man naar Nederlands Oost-Indië

Nini’s oudste zus Kitty treedt op 19 oktober 1915 in het huwelijk met Anton Pondman. Een maand later vertrekt het stel met passagiersschip de ss Grotius naar Batavia, waar Anton kort daarna als arts en officier van gezondheid aan de slag gaat bij de Landskoepokinrichting en Instituut Pasteur. Dit instituut houdt zich onder andere bezig met onderzoek naar- en de productie van pokkenvaccins en een serum tegen hondsdolheid. In die tijd wordt er op Java al stelselmatig gevaccineerd.

In 1920 keert hij terug in Nederland, waar hij in 1923 promoveert tot doctor in de geneeskunde. Kort daarna wordt hij bacterioloog en plaatsvervangend directeur van het Rijks Serologisch Instituut in Utrecht, Anton staat in 1930 mede aan de wieg van de oprichting van de bloedtransfusiedienst. In 1934 volgt de benoeming als plaatsvervangend directeur van het Centraal Laboratorium voor Volksgezondheid, de voorloper van het huidige RIVM.

In 1946 wordt hij benoemd tot hoogleraar bacteriologie, serologie en immunologie bij de Rijksuniversiteit Groningen. Voor zijn grote verdiensten op het gebied van de gezondheidszorg wordt hij in 1954 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. In 1960 gaat hij op 70-jarige leeftijd met pensioen. Hij overlijdt in 1970 en zijn vrouw Kitty overlijdt 10 jaar later op 87-jarige leeftijd.

  • Trouwreceptie van Kitty en Anton op 19 oktober 1915 (collectie MK)
  • Op 6 maart 1954 wordt Anton benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, een hoge onderscheiding voor zijn grote verdiensten op het gebied van de gezondheidszorg (Nieuwsblad van het Noorden van 8 maart 1954)

Zwemcarrière

Nini is waarschijnlijk geen topzwemster geweest. Haar naam is niet terug te vinden bij de uitslagen van wedstrijden in kranten uit die tijd. Toch is ze een flink aantal jaren lid geweest van de oudste zwemvereniging van Den Haag, de Haagsche Zwem- en Poloclub (HZ&PC). Ze doet in ieder geval actief mee aan verschillende zwemwedstrijden.

Nadat zwembad De Regentes in 1921 opent is ze vaak daar te vinden. Misschien neemt ze zelfs wel deel aan de openingswedstrijd op 22 april van dat jaar. Door de gunstige exploitatie van De Regentes wordt zwemmen minder duur en daardoor beter bereikbaar voor een breed publiek. In het najaar van 2020 wordt het 100-jarig jubileum van het zwembad, inmiddels omgebouwd tot theater, gevierd en verschijnt er een jubileumboek. Ook zal er een expositie zijn waar onder andere documenten en een badpak van Nini te zien zullen zijn.

In de jaren waarvan te achterhalen is dat zij lid is van HZ&PC, bedraagt de jaarcontributie ƒ 7,50 (tegenwoordig ruim € 50). Daarbij komen nog aanvullende kosten voor bijvoorbeeld entreegelden. Nini neemt deel aan verschillende wedstrijden die HZ&PC organiseert. In 1924 doet ze mee aan de Internationale 8 KM. Zwemwedstrijden in de IJssel bij Zutphen. Deze wedstrijden zijn een begrip en worden gedurende een lange periode jaarlijks georganiseerd. In een volgend blogbericht zal ik meer vertellen over de geschiedenis van deze wedstrijden en natuurlijk over de editie van 1924.

School, studie en werk

Na de basisschool gaat Nini naar de Derde 3-jarige HBS in Amsterdam. Vanwege de verhuizing naar Den Haag verwisselt zij deze school al na een half jaar voor de Haagse HBS aan de Stadhouderslaan. Uit het schetsboekje uit haar nalatenschap blijkt dat ze behoorlijk goed kan tekenen. Ze heeft de 3-jarige HBS met goed gevolg afgerond.

  • Rapportboekje Derde 3-jarige HBS in Amsterdam, waar Nini enkele maanden in de 1e klas zat
  • Foto klas 2A HBS in Den Haag, mei 1919. Nini is 4e van links (staand)
  • Huiswerkboekje dat Nini gebruikte in schooljaar 1920-1921 (3x collectie MK)
  • Gebouw Gemeentelijke HBS, Stadhouderslaan hoek Stadhoudersplein (Haags Gemeentearchief)
  • Schetsboekje voor de Hoogere Burgersschool dat Nini gebruikte in het 3e jaar HBS 1918 (collectie MK)

Nini start met een studie Engelse Taal en Handelscorrespondentie aan het Haagsch Instituut voor Handelsopleiding. Eind 1925 neemt ze met succes deel aan het Lerarenexamen en het examen Handelscorrespondentie. Deze examens worden afgenomen door de Vereeniging van Leeraren in Talen en Handelscorrespondentie (LITEH). Nini zal aansluitend secretariële werkzaamheden hebben verricht. Eén van de organisaties waarvoor zij werkt is het Centraal Laboratorium voor Volksgezondheid, het latere RIVM waar ook haar zwager Anton werkzaam is.

  • Aanvraagformulier voor informatie over het behalen van een LITEH-diploma
  • Felicitaties aan Nini van haar docent A. Meeth voor het behalen van haar examens (collectie MK)